Taalergernis

Wat is het verschil tussen: 'een hele warme zomer' en 'een heel warme zomer'? Welnu, in de eerste zin is het de hele zomer door lang warm, in de tweede zin is het ten minste één bepaalde periode in die zomer snikheet! Het gebruik van het woordje 'heel', in verbogen of onverbogen vorm, luistert heel erg nauw. Althans, het luistert nauw voor de kniesoren die hier op letten. Slechts weinigen lijken zich écht druk te maken over het betekenisverschil wat optreedt door het onterecht verbuigen van 'heel'.

'Wat is nu eigenlijk het probleem?', hoor ik u denken. Wel, het graadaanduidend bijwoord wordt niet meer als bijwoord behandeld, maar als bijvoeglijk naamwoord. Het woord 'heel' kan namelijk zowel worden gebruikt als: 'graadaanduidend bijwoord' en als 'bijvoeglijk naamwoord'. Bijvoeglijke naamwoorden zeggen iets over zelfstandige naamwoorden (namen van: mensen dieren en dingen), terwijl bijwoorden juist iets zeggen over bijvoeglijke naamwoorden zelf en werkwoorden. Afhankelijk van de functie wordt 'heel' verbogen naar 'hele'. Indien 'heel' functioneert als graadaanduidend bijwoord dient het niet te worden verbogen; maar als bijvoeglijk naamwoord zou 'heel' wel in een aantal gevallen kunnen worden verbogen naar 'hele'.

'Marianne Vos fietste heel hard in de strijd om de gouden medaille.' In deze zin zegt 'heel' iets over het bijvoeglijk naamwoord 'hard'. Geen enkele moedertaalspreker van het Nederlands zal het gebruik van 'heel' in deze zin betwisten. Maar zodra het bijvoeglijk naamwoord verwijst naar een de-woord of een zelfstandig naamwoord in de meervoudsvorm of wanneer het wordt voorafgegaan door het bepaalde lidwoord 'het' en wordt gevolgd door een combinatie van het bijvoeglijk naamwoord en een het-woord. Dan wordt 'heel' door velen ineens niet meer behandeld als bijwoord, maar wordt net als het bijvoeglijk naamwoord dan ook verbogen. Het niet verbuigen van 'heel' wordt door sommigen zelfs als 'onnatuurlijk' of 'foutief' bestempeld.

Bijvoorbeeld: 'het hele kleine huis', 'de hele lelijke vrouwen' en 'een hele leuke jongen'. Diverse mensen zullen zeggen dat niets mis is met deze zinnen. Doch, deze voorbeeldzinnen zou je, wanneer in een melige bui, kunnen verklaren als: het kleine huis dat niet stuk is, de lelijke vrouwen zonder amputaties en de leuke jongen die nog al zijn vingers heeft. Uiteraard dient men het volgende te schrijven: 'het heel kleine huis', 'de heel lelijke vrouwen' en 'een heel leuke jongen'. Het gegeven dat het onverbogen 'heel' in de functie van bijwoord door sommigen zelfs als foutief wordt beschouwd, betekent dat de taal toch langzaam verandert. Deze tendens is al geruime tijd gaande, reeds in 1981 zong André van Duin 'Ik heb hele grote bloemkolen'. en hij was vast niet de eerste. De regel om het graadaanduidende bijwoord niet te verbuigen zal uiteindelijk verdwijnen.

Copyright © 2012 Ron de Leeuw